Overzichtsarrest noodweer(exces)
HR wijst overzichtsarrest inzake noodweer en noodweerexces. In de praktijk blijken deze strafuitsluitingsgronden soms aanleiding te geven tot moeilijkheden. De HR geeft daarom in dit arrest - aan de hand van zijn eerdere rechtspraak - een samenvattend overzicht van mogelijke aandachtspunten dat bij de beoordeling van een beroep op noodweer(exces) handvatten biedt. 1. Noodweer. 2. Noodweerexces. Ad. 1 I.c. draagt 's Hofs niet onbegrijpelijke oordeel dat verdachte ver buiten de grenzen van de noodzakelijke verdediging is getreden doordat hij met dodelijk gevolg het slachtoffer zestien maal met een mes heeft gestoken en/of gesneden nadat het slachtoffer – die op dat moment kennelijk ongewapend was – een beweging maakte alsof hij de naar hem toelopende verdachte wilde aanvallen, in welk oordeel besloten ligt dat gelet op de specifieke omstandigheden van het geval die wijze van verdedigen in een onredelijke verhouding tot de ernst van de aanranding staat, de afwijzing van het beroep op noodweer zelfstandig. Ad. 2. Het Hof heeft feitelijk en niet onbegrijpelijk vastgesteld dat a.g.v. van de aanranding bij verdachte een gemoedsbeweging van beperkte intensiteit is teweeggebracht en dat sprake is geweest van een verregaande mate van overschrijding van de grenzen van de noodzakelijke verdediging. Het daarop gegronde oordeel dat het beroep op noodweerexces moet worden verworpen getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting, terwijl het evenmin onbegrijpelijk is en, verweven als het is met waarderingen van feitelijke aard, in cassatie niet verder kan worden getoetst.
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum
- 2016-03-22
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2016:456
- Online vindplaatsen
-